Alles over voedselallergie

Inleiding

Iedereen die honger heeft kan zo even naar de lade met eten lopen, iets uitkiezen en weer verder gaan met het dagelijkse leven.

Maar stel je voor dat je een voedselallergie hebt, dan gaat dit opeens een stuk minder gemakkelijk.

Lees snel verder...

Verschil voedselallergie en voedselintolerantie

Voedselallergie: Bij een voedselallergie maak het afweersysteem antistoffen (IgE’s*) aan tegen eiwitten die in de voeding komen, zoals koemelk, pinda’s of noten.

  • IgE’s: Antistoffen die betrokken zijn bij allergische reacties.

Voedselintolerantie: Bij een niet-allergische voedselovergevoeligheid (= voedselintolerantie) reageert het lichaam ook op bepaalde stoffen in voedingsmiddelen, maar hierbij wordt er geen (of weinig) gebruik gemaakt van het afweersysteem. De stoffen in voedingsmiddelen die een reactie veroorzaken worden ‘triggers’ genoemd. Deze ‘triggers’ kunnen vanaf het begin (van nature) al in het voedingsmiddel zitten, zoals bij lactose, maar kunnen er ook aan toegevoegd zijn, zoals het conserveermiddel sulfiet.

Algemeen

We noemen een overgevoeligheid pas een allergie als het afweersysteem een belangrijke rol vervult. Meestal houdt de rol het maken van IgE’s in.

Maar er zijn ook enkele uitzonderingen zoals coeliakie. Dit is een reactie dat wordt veroorzaakt door gluten. Het afweersysteem maakt dan geen IgE maar IgA aan. IgA’s zijn antistoffen die je vooral in slijmvliezen kunt vinden. Ze voorkomen dat op deze plekken infecties en ontstekingen ontstaan, door zich te binden aan allergenen, bacteriën en virussen.

Nog een ander verschil tussen voedselallergie en voedselintolerantie is dat intolerantie een bepaalde grens heeft. Als de concentratie van een ‘trigger’ in je lichaam boven de grens komt krijgt de persoon allergische verschijnselen. Bij allergieën bestaat er geen grens. Als je er mee in aanraking komt krijg je (bijna altijd) gelijk verschijnselen.

Hoe vaak komen voedselallergieën voor?

Voedselallergieën (vooral koemelkallergie) komen het vaakst voor bij zuigelingen en jonge kinderen, omdat de darmen op deze leeftijd nog niet helemaal ontwikkeld zijn. Dit kan als gevolg hebben dat de eiwitten in de voeding niet volledig afgebroken worden.

De darmwand werkt als een filter. Bij zuigelingen met koemelkallergie zijn de gaatjes van het ‘filter’ te groot waardoor de grotere eiwitdeeltjes in het bloed terecht kunnen komen en daar een allergische reactie kunnen veroorzaken.

Als een zuigeling ouder wordt kan de darmwand de deeltjes beter tegenhouden. Oudere kinderen en volwassenen kunnen ook voedselallergieën krijgen, maar vaak zijn deze mensen allergisch voor dingen zoals noten, fruit of sesamzaad.

In Nederland hebben 5 tot 7% van de zuigelingen een voedselallergie. 2 tot 3% van de zuigelingen in Nederland heeft koemelkallergie. Van alle kinderen die op school zitten in Nederland heeft ongeveer 2% last van een voedselallergie. Van de volwassenen in Nederland heeft 2 tot 3% een voedselallergie. Dit zijn schattingen gemaakt door o.a. de stichting: VoedselAllergie.

De voedingsmiddelen waar men het meest allergisch voor is

  • Koemelk
  • Kippenei
  • Noten
  • Pinda
  • Soja
  • Appel
  • Sesamzaad

In dit schema zie het percentage kinderen en volwassenen dat allergisch is voor verschillende soorten voedingsmiddelen.

De klachten en symptomen die kunnen wijzen op voedselallergie

  • Huid: jeuk, uitslag, galbulten, eczeem, oedeem (ophoping van vocht in bijvoorbeeld oogleden, mond, lippen)
  • Luchtwegen: astmatische klachten (piepen, kortademigheid), neusklachten, oogklachten
  • Maag-darmstelsel: prikkelend gevoel in de mond, braken, diarree of juist verstopping (obstipatie), misselijkheid, weigeren van borst- of flesvoeding door een baby
  • Andere klachten: excessief huilen (huilbaby), groeiachterstand, gedragsklachten.