Hoe moet ik een ontslagvergunning aanvragen

Inleiding op een ontslag vergunning aanvragen

Een werknemer kan alleen ontslagen worden als er toestemming is verleend door het CWI (Centrum voor Werk en Inkomen). Deze ontslagvergunning wordt door de functionaris juridische zaken van het CWI afgegeven. Hiervoor dient een schriftelijke procedure gevoerd te worden, die begint met het indienen van de ontslagaanvraag.

In principe geldt dat indien het CWI geen ontslagvergunning verleent, de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig kan worden opgezegd. Er zijn echter wel een aantal uitzonderingen hierop.

Uitzonderingen ontslagvergunning

De werkgever heeft in sommige situaties geen toestemming van het CWI nodig:

  • Ontslag op staande voet vanwege dringende reden
  • In onderling overleg beëindigen van de arbeidsovereenkomst
  • Bij ontbinding door de kantonrechter (met gewichtige reden)
  • Bij bestuurders van een B.V. of N.V.
  • Bij personen die een 'geestelijk ambt' bekleden
  • Onderwijzers en docenten
  • Werknemers van de staat, provincie, gemeente, etc. (ontslagbeleid in handen van de overheid)
  • Werknemers die minder dan 3 dagen per week huishoudelijke diensten voor iemand verrichten
  • Bij een faillissement
  • Bij een overgang van de onderneming
  • Tijdens de proeftijd
  • Bij een overeenkomst voor bepaalde tijd, welke niet verlengd is geweest

Als er een ontslag om bedrijfseconomische redenen aangevraagd wordt, dient dit bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te gebeuren. Hier kan aan de hand van een checklist een verkorte ontslagprocedure gevolgd worden.

Ontslag bij ziekte

Wanneer een werkgever toestemming van het CWI heeft, mag hij een werknemer ontslaan als hij/zij langer dan 2 jaar ziek is. Dit mag ook als de werknemer zich ziek heeft gemeld nadat het CWI het ontslagverzoek heeft ontvangen.

Sinds 1 april 2002, de invoering van de Wet Verbetering Poortwachter, mag de werkgever een ontslagaanvraag indienen voor de zieke werknemer, indien de werkgever vindt dat de werknemer zich niet goed genoeg inspant om te reïntegreren. Dit dient te gebeuren bij het andere CWI, de Centrale organisatie Werk en Inkomen, waarbij u ook een rapport van de arbodienst dient te overleggen. Het CWI is vervolgens verplicht om het zwaarwegende oordeel van het UWV op te vragen.

Wat is de opzegtermijn bij een ontslagvergunning?

Wanneer er bij arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd tussen de werkgever en de werknemer schriftelijk is afgesproken dat tussentijds opzegging mogelijk is, mag dit (met inachtneming van de wettelijke opzegtermijn plus toestemming van het CWI) gebeuren.

Wanneer de werkgever een ontslagvergunning heeft, dient het opzeggen van de arbeidsovereenkomst nog wel te gebeuren met inachtneming van de wettelijke opzegtermijn. Dit is:

  • 1-5 jaar werkzaam: 1 maand;
  • 6-10 jaar werkzaam; 2 maanden;
  • 11-15 jaar werkzaam; 3 maanden;
  • 16 jaar of langer werkzaam; 4 maanden.

Voor de tijd die de ontslagprocedure in beslag heeft genomen, mag 1 maand van de wettelijke opzegtermijn afgetrokken worden. Hierna moet van de opzegtermijn nog wel minimaal 1 maand overgebleven zijn.

  • Bij de volgende situaties geldt geen opzegtermijn:
  • Beëindiging van de arbeidsovereenkomst in onderling overleg;
  • Beëindiging van de arbeidsovereenkomst van rechtswege;
  • Ontbinding van de arbeidsovereenkomst door de Kantonrechter;
  • Opzegging tijdens de proeftijd.
  • Ontslag op staande voet;

Het kan zijn dat afwijkende termijnen gelden, zoals bij een faillissement of surseance van betaling, of afwijkende CAO en bestuursregelingen. Afwijkende opzegtermijnen in alle andere afspraken zijn nietig.


Reacties (0)

Reageer
Geen resultaten gevonden