Hoe moet je glazuur maken

Inleiding

Na het succes van programma's als Heel Holland Bakt en Masterchef is gebleken dat kokkerellen en bakken weer helemaal populair is in Nederland. Veel mensen, jong en oud, vinden het leuk om koekjes of cakejes te bakken; eenvoudige maar lekkere etenswaren. Als je je baksel net wat extra’s wilt geven, kun je bijvoorbeeld glazuur maken. Dit is een (gekleurde) suikerlaag die je op je baksel kunt smeren. Maar hoe moet je nou eigenlijk glazuur maken?

Eiwitglazuur

De meest eenvoudige soort om te maken is eiwitglazuur. Deze is minder lang houdbaar dan satijnglazuur. Voor de bereiding zijn maar een paar dingen nodig:

Benodigdheden

  • 2 eiwitten
  • 400 gram poedersuiker
  • Mixer
  • Kleurstof

Bereidingswijze

Aangezien er maar zo weinig ingrediënten in eiwitglazuur hoeven, is het ook erg gemakkelijk om dit goedje te maken. Ten eerste moet je de twee eiwitten bij elkaar in een kom doen. Pas er goed op dat er niet wat eigeel in het mengsel komt. Vervolgens klop je met een mixer de eiwitten los. Ondertussen giet je rustig en beetje bij beetje het poedersuiker erbij. Wanneer het mengsel dik wordt, heb je genoeg poedersuiker toegevoegd. Dan moet je nog een minuut of 5 tot 10 verder blijven mixen. Hierdoor wordt het glazuur namelijk luchtig en zal het makkelijk smeerbaar zijn. Als je wilt kun je tijdens het mixen ook nog een paar druppels voedingskleurstof toevoegen zodat het glazuur niet wit is, maar bijvoorbeeld gezellig oranje of geel gekleurd is.

Satijnglazuur

Eiwitglazuur en satijnglazuur lijken erg op elkaar. Deze laatste is echter een klein beetje anders van smaak en bovendien wat dikker en plakkeriger.

Benodigdheden

  • 40 gram plantaardig vet
  • 4 eetlepels citroensap
  • 1 of 2 eetlepels heet water
  • 350 gram poedersuiker
  • Pan
  • Kleurstof

Bereidingswijze

Ten eerste doe je het vet in een pan en zet je het op een vuurtje zodat het gaat smelten. Zodra het gesmolten is, moet je het vet gelijk van het vuur afhalen. Vervolgens voeg je de citroensap ongeveer de helft van de poedersuiker toe. Meng dit goed door elkaar en zet het daarna weer op het vuur. Laat het mengsel ongeveer een minuut koken. Daarna voeg je de rest van de poedersuiker toe en ook de lepels heet water zodat een dik mengsel ontstaat. Het kan zijn dat je wat meer heet water nodig hebt dan hierboven beschreven is. De kunst is om heet water toe te voegen zodat het glazuur dik wordt maar nog steeds goed te schenken of te spuiten is. Als je wilt, kun je nog een paar druppels kleurstof toevoegen. Wat wel belangrijk is, is dat je het glazuur op je baksels smeert zodra het glazuur klaar is.

Conclusie

Glazuur is een smeerbaar en dik goedje dat je op een cake, donut of ander baksel kunt smeren. Hierdoor zal je baksel er extra vrolijk uit zien en net wat lekkerder smaken. Er zijn twee soorten glazuur: eiwitglazuur en satijnglazuur. Deze laatste is wat dikker en wat minder zoet. Voor beide glazuursoorten hoef je maar een paar ingrediënten met elkaar te mengen. Binnen een kwartiertje is je glazuur dan klaar. Probeer het glazuur zo snel mogelijk na bereiding op je baksel te smeren. 

Bronnen afbeelding: Wikimedia Commons, Ellywa