Veilig rijden in de winter

Veilig rijden in de winter

De sneeuw begint te vallen, de temperatuur daalt en je moet de weg op. Om veilig de weg op te gaan is het belangrijk aan wat punten te denken. Zeker voor nieuwe rijders is het allemaal nog even wennen en de kans dat ze in een ongeluk terecht komen is hoger dan bij de wat ervaren rijders.

Hou rekening met het volgende;

  • Doe je lichten altijd aan, ook overdag. Veel weggebruikers doen dit al, maar nog niet iedereen. Begin ermee, wanneer je het nog niet doet.
  • Beslis of de reis die je wilt maken met de auto echt nodig is en ga dan ook alleen maar op weg als het echt nodig is en niet anders kan. Luister of kijk goed naar het weer en de filemeldingen voordat je de weg op gaat.
  • Wanneer de wind hevigis doe je er goed aan om het stuur goed vast te houden zodat je niet ineens, door een onverwachte rukwind, over de weg geslingerd wordt. Kijk uit voor brommers en motorenrijders zij hebben meer kans om door de wind te slingeren, geef ze op deze dagen meer ruimte.
  • Minder vaart wanneer je op de weg voor je een grote plas water ziet en je niet goed de diepte kan inschatten. Kan je het toch goed zien en is het niet zo diep, rij dan rustig door, minder geen vaart en stop niet.
  • Rij in mist niet meteen met je mistlamp aan, dit kan verblindend werken voor je mede weggebruikers omdat het licht gereflecteerd wordt door de mist. Doe de mistlamp aan de voorkant aan zodra het zicht minder is dan 200 meter en aan de achterkant wanneer het zicht minder is dan 50 meter. Vergeet de mistlampen niet uit te doen, als het niet meer nodig is.
  • Blijf goed achter het voertuig voor je rijden en zorg dat er genoeg afstand zit tussen jouw auto en van je voorganger. Met gladheid en mist is de remweg langer, mocht je onverhoopt moeten remmen dan heb je genoeg ruimte voor je om dit goed uit te voeren.
  • Bij gladheid is de remweg langer(zoals hierboven vermeld is) het kan soms 5 keer langer zijn dan normaal. Wees hier op voorbereid door niet alleen genoeg ruimte te creëren met je voorganger, maar door ook je snelheid te minderen. Om te voorkomen dat je wielen niet gaan spinnen kan je het best in een hogere versnelling rijden dan normaal, ga niet lager dan de 2e versnelling. Rem pompend, dit voorkomt dat de wielen blokkeren en knipperende remlichten waarschuwen tevens de rijders achter je.
  • Bij sneeuw is het goed uitkijken naar de compacte stukken sneeuw wat zich vaak verborgen houdt onder verse sneeuw. Deze gedeeltes zorgen er vaak voor dat je vast komt te zitten, bekijk alles dus goed. Mocht je toch vast komen te zitten, geef dan niet veel gas. Dat zorgt ervoor dat, de sneeuw meer in je wiel gaat zitten en hierdoor verminderd de grip. Om eruit te komen kan je iemand die in de buurt is vragen je auto te duwen, of haal zoveel mogelijk sneeuw bij je voorbanden weg of breng blaadjes, zand, karton aan bij de banden zodat deze grip heeft. Bij alle mogelijkheden geldt dat wanneer je achter het stuur zit, je de versnelling in z’n 2 doet en langzaam gas geeft. Zorg dat je andere voet bij de rem is, mocht het nodig zijn om te remmen dan zit je al in de juiste positie. Het is vaak een gevoel en afwisseling tussen gas en remmen om eruit te komen.
  • Doe in de nacht bij onverlichte wegen je grote lampen aan, maar doe ze meteen uit wanneer een tegenligger aan komt. Let op je snelheid, zorg voor genoeg ruimte met je voorganger (het kan niet vaak genoeg gezegd worden) zodat je snel en goed kan remmen. Vermijd het gebruik van de binnen verlichting omdat het licht weerspiegelt in de ramen en uw zicht belemmerd.
  • Rij bij harde regen niet te snel, ook hier is de remweg langer. Bij aquaplaning, niet remmen of ineens aan het stuur trekken, maar rij gewoon door op dezelfde snelheid of geef iets meer gas tot de banden weer grip op de weg hebben. Probeer het inhalen van vrachtwagens te vermijden omdat de banden veel water sproeien en jouw zicht belemmerd wordt.