Wat is goud en haar geschiedenis

Goud

Goud is een glimmend geelkleurig metaal. Omdat het moeilijk te vinden is en heel veel geld waard is noemen we het edelmetaal. Zilver is ook een edelmetaal. Bijna iedereen wil goud hebben omdat het mooi en duur is. Bijna elk metaal heeft een glans die licht weerkaatst en het bijzondere aan goud is dat het zijn glans niet kwijtraakt. Veel munten uit de Romeinse tijd hebben nog steeds die gele glans.

De geschiedenis van goud

We denken dat de Egyptenaren zijn begonnen met het zoeken en gebruiken van goud. Het Egyptische woord voor goud is nub. Ook toen het goud in Egypte op was, gingen ze het ergens anders halen. Veel gouden dingen werden er in 1922 gevonden. Ze ontdekten het graf van Toetanchamon. Toetanchamon was een farao die leefde een eeuw voor Christus. In zijn graf vonden ze een schat met goud en edelstenen en kunstwerken. Het dodenmasker van Toetanchamon is een van de bekendste dingen.

De rijke mensen

Meestal waren het alleen rijke en machtige mensen die goud konden betalen. Ze lieten er de mooiste voorwerpen van maken, zoals drinkbekers, schalen, kronen, gespen, kandelaars en halskettingen. Ook bisschoppen lieten met goud versierde voorwerpen maken voor in hun kerken en kloosters. Vaak werden de voorwerpen nog mooier gemaakt door het goud te combineren met zilver, edelstenen of parels. Toen de meeste eeuwen voorbij waren zijn er veel pronkstukken bewaard gebleven. Je kunt ze in musea over de hele wereld zien.

De beroemde Gouden boeddha van Bangkok is 5,5 ton zuiver goud. Het beeld is 14 miljoen dollar waard en het duurste beeld van de wereld.

Wat zijn de vindplaatsen van goud

Elk jaar wordt er ongeveer 11 miljoen kilo goud gevonden dat lijkt misschien heel veel maar goud is heel zwaar. Het kan in een schuur van 5 meter breed en 8 meter lang en 2 meter hoog.

In Zuid-Afrika wordt het meeste goud gevonden (50%) van het goud. In de Sovjet-Unie wordt (21%) goud gevonden, in Canada (8%) en in Australië (2%). In Nederland wordt geen goud gevonden.

Op sommige plaatsen van de wereld wordt goud in de grond gevonden. Tussen dikke lagen steen liggen dunne laagjes steen waar goud doorheen zit. Je kunt goud niet zomaar vinden als je een kuil graaft. Het goud zit meestal heel erg diep in de grond. Daarom worden er mijnen gemaakt. Diep onder de grond hakken de mijnwerkers het goudgesteente los. De brokken steen fijngemalen tot heel kleine stukjes steen dat je gruis noemt. Daarna word het goud uit het gruis gezocht.

Rivieren

Niet alleen in goudmijnen wordt goud gevonden op de bodem van sommige rivieren ligt ook goud. Als de rivier hard stroomt, schuurt het water steeds een klein beetje van stenen af. Die weggestuurde grond heet slib. Heel kleine korreltjes of klompjes goud worden met de rivier meegesleurd. Op plaatsen waar het langzaam stroomt, zakt het slib naar de bodem. Met een baggermachine wordt dat naar boven gehaald. Het goud hoeft dan niet meer fijngemalen te worden. De kleine stukjes goud kunnen zo uit het slib gezocht worden.

Conclusie

Er is nog heel veel goud in de wereld, het moet alleen nog gevonden worden! Er is ook in de loop van de eeuwen heel veel goud verloren gegaan, wie weet waar dit nu ligt.



Reacties (0)

Reageer
Geen resultaten gevonden