Voedselproductie: Waar komt ons lekkere eten vandaan

Inleiding

De wereldbevolking groeit nog steeds. Al die mensen moeten eten en dat eten komt van de landbouw. Er zijn 3 soorten landbouw: akkerbouw, veeteelt en tuinbouw.

Hieronder meer over de voedselproductie

Akkerbouw

Akkerbouwbedrijven zijn grote bedrijven met veel grond. Door ruilverkaveling zijn deze grote akkers ontstaan. Hierdoor is het landschap de laatste 60 jaar sterk veranderd.

Dit is het landschap na de ruilverkavelingen, je ziet dat je de akkers allemaal uit rechte stukken grond bestaan.

Meestal worden op de grote akkers maar 1 soort gewas verbouwd dit noemen we een monocultuur.

Voordelen van Monoculturen

  • Er kunnen grote machines worden gebruikt om de bodem te bewerken en om te oogsten. Hierdoor kunnen de gewassen goedkoop worden verbouwd en blijft de prijs laag
  • Omdat de gewassen goedkoop kunnen worden verbouwd levert een akker veel geld op.

Nadelen van Monoculturen

  • Er is veel kans op insectenplagen en doordat de planten dicht op elkaar staan kunnen de ziekteverwekkers zich makkelijk verspreiden.
  • Akkerbouwers bestrijden de insecten en ziekteverwekkers met chemische bestrijdingsmiddelen die vaak ook nuttige organismen zoals regenwormen doden.
  • De bestrijdingsmiddelen kunnen gemakkelijk in het water van sloten langs de akkers of in het grondwater terechtkomen. In Nederland wordt het drinkwater voor een groot deel uit de grond gepompt daarom kunnen de bestrijdingsmiddelen de kwaliteit van ons drinkwater verminderen.
  • De bodem raakt snel uitgeput daarom wordt er veel kunstmest gebruikt.
  • Het kunstmest dat wordt gebruikt kan ook in ons drinkwater terechtkomen.

Veeteelt

Veeteelt bedrijven in Nederland hebben weinig grond waarop per bedrijf veel varkens, koeien of kippen worden gehouden. (De dieren die worden gehouden worden landbouwhuisdieren genoemd.)

Deze manier van veeteelt werd vroeger veehouderij of bio-industrie genoemd.

Dit is verandert, want Veel mensen weten niet goed waar bio-industrie voor staat. Uit testen blijkt dat de term bio-industrie voor verwarring zorgt, omdat veel mensen denken dat de term staat voor de biologische veehouderij. Verscheidene stichtingen die proberen de dieren te beschermen vinden dat de term vee-industrie veel beter past bij het houden van veel dieren in een kleine ruimte. Daarom hebben zij besloten om de term bio-industrie te veranderen in vee-industrie.

De bedrijven kopen veevoer bij veevoerbedrijven. De grondstoffen voor de productie van het voer komen voor 70% uit het buitenland.

Voordelen vee-industrie

  • Er is weinig ruimte nodig omdat de landbouwhuisdieren in stallen worden gehouden, een veehouder kan dus veel dieren houden en tegelijk veel geld verdienen met het vlees, melk of de eieren.
  • De prijs kan hierdoor laag blijven.

Nadelen vee-industrie

  • De landbouwhuisdieren hebben geen fijn leven omdat ze met zoveel dieren in een kleine ruimte zitten.
  • Er is meer mest dan nodig is voor het bedrijf dus ontstaat er een mestoverschot.
  • Uit de mest komen gassen vrij die zorgen voor de verzuring van het milieu en het versterken van het broeikaseffect.

Tuinbouw

Tuinbouwbedrijven verbouwden vroeger de meeste gewassen buiten, dit heet tuinbouw in de open grond. Tegenwoordig doen ze dit vaak in kassen, dan wordt het glastuinbouw genoemd.

Voordelen van glastuinbouw

  • ze kunnen zorgen voor gunstige groeiomstandigheden voor de planten
  • de gewassen kunnen het hele jaar door worden verbouwd.

Nadelen van glastuinbouw

  • Het verbouwen van de producten kost veel energie (bijvoorbeeld warmte en licht)
  • Er komt veel CO2 bij vrij en dat zorgt voor de versterking van het broeikaseffect.
  • Er worden veel chemische bestrijdingsmiddelen gebruikt. Dit komt omdat ziekteverwekkers zich goed kunnen verspreiden in kassen.

Biologische landbouw

(intensieve)Landbouwmethoden hebben veel nadelen voor het milieu en de landbouwhuisdieren.

Veel mensen vonden dat daar wat aan gedaan moest worden en daarom is er nu biologische landbouw. Met biologische landbouw proberen ze het milieu zo min mogelijk te belasten en toch voldoende voedsel te produceren.

Een paar voorbeelden:

  • Er wordt gebruik gemaakt van vruchtwisseling* om ziekten te voorkomen
  • In de veeteelt hebben de dieren de ruimte om los te lopen, ze kunnen scharrelen.
  • Monoculturen worden vermeden, d.w.z. dat kleine stukken grond elkaar afwisselen. Daardoor is de kans op insectenplagen en ziekten kleiner.
  • Er worden o.a. daardoor minder chemische bestrijdingsmiddelen gebruikt.

Gewassen die niet in aanmerking zijn gekomen met chemische bestrijdingsmiddelen worden onbespoten genoemd.

Vruchtwisseling*: Op een stuk grond wordt nooit 2 jaar achter elkaar hetzelfde gewas verbouwd.

Door alle aanpassingen zijn biologische producten wel iets duurder dan normale producten, maar dat hebben veel mensen er wel voor over.

Voordelen biologische landbouw

Het heeft voordelen voor de economie omdat het veel werkgelegenheid oplevert, omdat de productie en verwerking van de voedingsgewassen meer werk is bij biologische landbouw dan bij de normale landbouw.

Voordelen voor het milieu

  • minder milieuvervuilende stoffen in het milieu, zoals broeikasgassen
  • Je krijgt minder ongezonde stoffen binnen als je biologische producten eet, zoals: meer vitamines en andere stoffen die je dagelijks nodig hebt.
  • Dieren hebben een beter leven.

Nadelen biologische landbouw

  • Het is duurder
  • 19% van de varkens die in de biologische veehouderij worden gehouden krijgen longontsteking door de stof endotoxine in het stro. Bij varkens die in de vee-industrie worden gehouden is dit maar 4,5%.

Geschiedenis van de landbouw

Tot 1950 waren de meeste landbouwbedrijven gemengde bedrijven, dat betekend dat ze zowel aan akkerbouw als aan veeteelt deden. En meestal verbouwden ze ook nog groenten. Tegenwoordig zijn de meeste bedrijven gespecialiseerd.


Reacties (0)

Reageer
Geen resultaten gevonden