Omgangsregeling bij scheiding

Inleiding

Er vinden per jaar duizenden scheidingen plaats. Bij veel scheidingen zijn ook kinderen betrokken. De kinderen worden ongevraagd de dupe van een scheiding. Opeens wonen hun vader en moeder niet meer samen en moeten ze één ouder missen. De ouder bij wie de kinderen blijven wonen wordt de verzorgende ouder genoemd. In de meeste gevallen is dit de moeder. De andere ouder, meestal de vader dus, wordt de niet verzorgende ouder genoemd. Om er toch voor te zorgen dat de kinderen contact blijven houden met de niet verzorgende ouder wordt er een omgangsregeling afgesproken. In de omgangsregeling staan de afspraken hoe de omgang geregeld is. Door een omgangsregeling te maken weten de ouders maar ook de kinderen waar ze aan toe zijn. De ouders kunnen het onderling regelen en vast laten leggen, maar wanneer de ouders er niet uitkomen beslist de rechter. Tegenwoordig moeten ouders de omgangsregeling vast laten zetten in het ouderschapsplan. Wat wil je allemaal weten over de omgangsregeling bij een scheiding?

Minimale omgangsregeling bij een scheiding

Iedere ouder heeft recht op omgang met zijn kind. Ze blijven bij de ene ouder wonen en met de andere ouder wordt een omgangsregeling afgesproken. De minimale omgangsregeling is ook gelijk de standaard omgangsregeling. Deze omgangsregeling wordt het meest gebruikt. Deze omgangsregeling houdt in:

  • Het kind is één keer in de 14 dagen een weekend bij de niet verzorgende ouder. Afhankelijk van het werk en de leeftijd van het kind begint dit weekend op vrijdagmiddag of avond of op zaterdagochtend. Zondag avond wordt het kind weer thuis gebracht.
  • De niet verzorgende ouder heeft in de zomervakantie recht om zijn kind drie weken aaneengesloten te zien.
  • Andere vakantie worden door de helft gedaan. Dus bijvoorbeeld bij twee weken meivakantie, brengt het kind de ene week door bij zijn moeder en de andere week bij zijn vader.
  • De feestdagen worden verdeeld. Dus bijvoorbeeld eerste kerstdag bij zijn moeder en tweede kerstdag bij zijn vader. Van de feestdagen waar er maar één van is per jaar geldt dat het ene jaar die feestdag bij zijn moeder wordt gevierd en het andere jaar bij de vader.

Nadeel van de standaard omgangsregeling is dat het kind met één ouder weinig contact heeft. Eén weekend in de 14 dagen is natuurlijk weinig. De niet verzorgende ouder maakt niet meer echt deel uit van het leven van het kind. Vaak zie je dat de band minder wordt met de andere ouder.

Voordeel van de standaard omgangsregeling Het kind heeft duidelijk één huis en één verzorgende ouder. Hij wordt niet telkens tussen twee huizen en gezinnen geslingerd. Hierdoor is er wel rust voor het kind. Bij de niet verzorgende ouder kan in alle rust een leven worden opgebouwd met school, hobby's en vrienden.

Standaard omgangsregeling bij scheiding plus extra's

Er zijn ouders die samen een omgangsregeling maken. Vaak wordt de standaard omgangsregeling als uitgangspunt genomen. Alleen krijgt de niet verzorgende ouder er extra momenten of dagen met zijn kind bij. Een voorbeeld hiervan is de woensdag middag. De meeste kinderen zijn op woensdagmiddag vrij van school. Er kan dan worden afgesproken dat hij op woensdag middag bij de niet verzorgende ouder is. Een ander voorbeeld is dat het kind niet op zondagavond wordt thuis gebracht. Hij blijft een extra nachtje bij de niet verzorgende ouder slapen. Deze brengt hem dan de volgende ochtend naar school of naar huis.

Co-ouderschap

Bij co-ouderschap zorgen de vader en de moeder allebei voor het kind. Ze zijn beide de verzorgende ouder. Ze brengen allebei ongeveer evenveel tijd door met het kind. Het kind heeft in principe twee huizen. Voorbeelden van co-ouderschap zijn:

  • De ene week woont het kind bij zijn moeder en de andere week woont het kind bij zijn vader
  • De helft wordt door tweeën gesplitst. De eerste helft van de week woont het kind bij de ene ouder en de laatste helft van de week bij de andere ouder.

Voordeel van het co-ouderschap is dat de kinderen met allebei de ouders een band blijven houden. De ouders blijven allebei betrokken bij het leven van hun kind. Toch is het co-ouderschap vaak in de praktijk moeilijk. De gescheiden ouders moeten goed met elkaar omgaan en voor goed overleg zorgen. Verder is het handig als ze bij elkaar in de buurt wonen. Het kind kan toch maar naar één school. Verder kan het co-ouderschap rommelig zijn voor een kind. Ze hebben niet één thuis, maar twee. Dit kan voor een kind moeilijk zijn omdat het er bij allebei de ouders waarschijnlijk anders aan toe gaat. Ook moeten de ouders het goed met elkaar kunnen vinden omdat er meer contact zal plaats vinden dan bij de andere omgangsregelingen.

Conclusie

In principe valt niet te benoemen wat nou precies de beste omgangsregeling is. Iedere omgangsregeling heeft zijn voordelen en nadelen. Het beste kan per situatie worden bekeken wat het beste is. Het belangrijkste is hierbij natuurlijk het belang van het kind. Wilt hij beide ouders het liefst zo vaak mogelijk zien of is rust en regelmaat erg belangrijk voor je kind. Als ouder is het belangrijk om in de gaten te houden dat de omgangsregeling niet als machtstrijd wordt gebruikt. Het belang van het kind staat altijd voorop!