Wat is kritiek

Kritiek in het kort

Kritiek betekent dat iemand zijn mening geeft over een ander en dan hebben we het meestal over iets vervelends. Vaak ook wordt die kritiek aangevuld met extra uitingen om de ander rot te laten voelen. Voor kritiek geldt: er is geen waarheid, er is slechts perceptie. Kritiek is slechts een mening van degene die ze heeft geuit. Voor die persoon zal de kritiek waarheid zijn. Voor de ontvanger en voor derden kan hun waarheid, hun perceptie, totaal anders zijn.

De meeste van ons vinden het moeilijk om op een goede manier met kritiek om te gaan. We moeten het leren om op een juiste manier kritiek te uiten en we moeten leren op een juiste manier kritiek te ontvangen.

In de ruwe, ongecontroleerde vorm van kritiek gebeurt er het volgende:

De kritiek-uiter

De kritiek kan iets zeggen over degene waarvoor de kritiek bedoelt is … maar dat hoeft niet. Het zegt veel meer over degene die de kritiek geuit heeft.

Soms is kritiek opbouwend, maar veel vaker is het een uiting van frustratie, boosheid. Het zorgt ervoor dat de ander zich schuldig voelt of gemanipuleerd wordt tot ander gedrag. Dat kan een bewuste bedoeling zijn, maar het is vaker niet meer dan een simpele herhaling van oud, aangeleerd gedrag.

Kritiek is dus een ontlading van de eigen negatieve gevoelens. De uiter voelt zich rot, misschien wel om redenen die totaal buiten het ‘slachtoffer’ liggen en de uiter legt de schuld van het rot-voelen bij de ander. Dat is prettig, want dan hoef je geen eigen verantwoordelijkheid te dragen voor het eigen negatieve gevoel.

Het kan zelfs zijn dat de kritiek-uiter een slachtoffer zoekt, die overlaad met kritiek en kleineert, waardoor de uiter zich weer goed voelt. Hij is dan immers sterker, slimmer, superieur. In eerste instantie voelde zich rot (dat voelt als afwijzen van jezelf). Na het uiten van kritiek voelt hij zichzelf weer (wat) beter (dat voelt als acceptatie van jezelf). Misschien heeft hij wel schuldgevoelens, maar die zijn makkelijker om mee om te gaan dan een zelf-afwijzing.

Als de kritiek-uiter zich werkelijk stoort aan (gedrag van) de ander en zich niet rot voelt (geen zelf-afwijzing) dan houdt hij zich waarschijnlijk óf in (ook niet goed) of hij uit de kritiek zo dat hij de ander daarmee niet doelbewust schaadt.

De kritiek-ontvanger

Het eerste wat gebeurt is dat de ontvanger van de kritiek voelt dat de ander hem of haar afwijst. Zelfs al is het gevoel van afwijzing wederzijds, die afwijzing voelt niet fijn. De mens groeit bij acceptatie en krimpt bij afwijzing.

Als de ontvanger voldoende acceptatie heeft ontvangen in zijn leven en zichzelf ook accepteert is hij sterk en zelfverzekerd geworden. Een kritiek-uiter die op zoek is iemand naar beneden te halen zal zo’n zelfverzekerd iemand niet snel als zijn slachtoffer kiezen. Als hij toch kritiek heeft zal dit bedoeld zijn om werkelijk zijn mening en gevoel te geven over het (gedrag van) de ander. Hij zegt dus iets als: ‘jôh, ik vind dat niet prettig en heb liever dat je dat de volgende keer anders doet’. Mocht het doel van de kritiek wel zijn zichzelf af te reageren dan zal deze bij het zelfverzekerde slachtoffer óf geen doel raken of deze retourneert de kritiek, waardoor de uiter niet het gewenste resultaat behaalt. De kritiek-uiter zal een volgende keer op zoek gaat naar een ander slachtoffer.

Als de ontvanger minder zelfverzekerd is zal de kritiek hard aankomen. De ontvanger zal voelen dat de kritiek-uiter gelijk heeft in zijn kritiek. Als de kritiek een zwakke plek heeft geraakt zal de ontvanger de kritiek voelen als een bevestiging van zijn zelf-afwijzing: ‘zie je wel, dit deugt niet aan mij, ik kan dat niet’. We zijn zelfs snel geneigd zo’n afwijzing onterecht groter te maken in een: ‘zie je wel, ik deug niet, ik kan niets’. Als de kritiek een nieuw punt raakt, ontstaat verbazing, die snel omslaat in pijn. De ontvanger van de kritiek had zichzelf geaccepteerd op dat vlak of had er nooit over nagedacht. Nu krijgt hij te horen dat die acceptatie onterecht was. Er ontstaat een nieuwe zelf-afwijzing of in ieder geval twijfel over de zelf-acceptatie.

Verlies/verlies-situatie

Bij de ongecontroleerde vorm van kritiek is er dus alleen sprake van verliezers. Behalve het slachtoffer schiet de kritiek-uiter er ook niets mee op. Misschien voelt hij zich even beter, maar ondertussen maakt hij zich niet populair. Hij zal zelf kritiek krijgen of worden gemeden door zijn omgeving en zal dus te maken krijgen met afwijzing. Door de afwijzing groeit zijn zelf-afwijzing en zal hij behoefte krijgen zijn frustratie vol kritiek te uiten.