Hoe leer je een hond slalommen bij Agility

Inleiding

Wanneer je met je hond de sport Agility beoefent, is er altijd één onderdeel dat extra veel moeite kost om aan te leren: de paaltjes. Bij de paaltjes is het de bedoeling dat de hond tussen een rij van 12 paaltjes heen slalomt. Veel honden vinden dit moeilijk, daarom moet je dit onderdeel op de juiste manier aanleren. Hier zijn verschillende methodes voor. De meest voorkomende methodes worden hieronder besproken. Hoe leer je een hond de paaltjes, oftewel slalommen als je Agility beoefent? Waar moet je op letten bij het aanleren?

Waar moet je op letten bij het aanleren?

  • Ritme. Iedere hond gaat op zijn eigen manier door de paaltjes heen, maar in het algemeen zijn er twee stijlen te onderscheiden. Sommige honden zetten zich af met twee voorpoten op de grond en andere honden zetten zich af met maar één voorpoot. De stijl van de hond hangt af van de methode waarop hij de slalom heeft aangeleerd. Honden die zich slechts met één poot afzetten gaan vaak sneller door de slalom heen en maken minder fouten.
  • Insteken. Een regel bij Agility is, dat de hond het eerste paaltje altijd van rechts naar links moet nemen. Dit houdt in dat de hond tussen de eerste twee paaltjes doorloopt van rechts naar links. Je kunt het beste twee paaltjes gebruiken om de insteek aan te leren. Beloon de hond wanneer hij de insteek neemt met het paaltje aan zijn linkerkant, zo weet hij dat hij de paaltjes van die kant moet nemen en zal hij dit in de laatste fase van het aanleren ook niet meer fout doen. Stuur je hond bij het insteken in de paaltjes van verschillende kanten de paaltjes in. Zo leert de hond de insteek vanaf verschillende kanten goed te nemen.
  • Snelheid. Bij het aanleren van de paaltjes is geduld het sleutelwoord. Het duurt namelijk best lang voordat de hond de paaltjes foutloos zal doen. Wanneer je te snel opbouwt of te veel aan je hond vraagt, gaat het zeer waarschijnlijk fout. Ook moet je niet te vaak willen oefenen, wanneer je te vaak oefent heb je namelijk kans dat je de oefening overtraint. Hierdoor zal de hond op een gegeven moment helemaal niets meer uitvoeren. 

Methode 1 - Paaltjes rechtop

Bij de eerste methode staan de paaltjes rechtop achter elkaar in een rechte lijn. De afstand tussen de paaltjes is ongeveer 60 cm. Je steekt de hond goed in en leidt hem met bijvoorbeeld een snoepje of een balletje tussen de paaltjes door. Als hij het goed doet, beloon je de hond. Het is verstandig om met 3 of 5 paaltjes te beginnen. Zorg dat je de insteek goed maakt en beloon de hond direct achter het laatste paaltje, zodat de hond eigenlijk doorgaat met zijn beweging tussen de paaltjes door. Je kunt deze oefening zowel los als met riem doen. Honden die goed volgen kunnen de oefening het beste meteen los oefenen. Maar weet je van je hond dat deze soms nogal wat moeite heeft om bij je te lopen, is trainen met riem een goede methode om mee te beginnen. Doet de hond de paaltjes goed, kan je de riem laten vallen. Vervolgens probeer je los verder te trainen. Bij het aanleren van deze methode leg je nadruk op de methode waar de hond telkens met twee poten afzet. De meeste honden zullen door deze methode niet op topsnelheid door de paaltjes gaan. Het voordeel van deze methode is wel, dat de meeste honden deze methode het snelste aanleren. 

Methode 2 - Paaltje uit elkaar

Bij deze methode zet je de 12 paaltjes achter elkaar met een onderlinge afstand van ongeveer 50 centimeter. Zet dan elk tweede paaltje ongeveer 45 centimeter naar rechts. Door deze handeling moet er een soort van doorgang ontstaan, waar je hond doorheen kan lopen. Laat je hond door de gang lopen. Mocht je hond niet tussen de paaltjes blijven lopen of er halverwege tussenuit schieten, kan je een stuk plastic tussen de paaltjes bevestigen, zodat de hond er echt niet tussenuit kan. Als de hond deze oefening een paar keer foutloos doet, is het tijd om de paaltjes dichter naar elkaar toe te zetten, zodat de doorgang smaller wordt. Zet de paaltjes in plaats van 45 centimeter bijvoorbeeld 35 centimeter naar rechts. Lukt ook dit goed, dan kan je de paaltjes 25 centimeter naar rechts zetten, totdat de paaltjes uiteindelijk recht in een lijn achter elkaar staan. Als het goed is loopt de hond dan tussen de paaltjes door. Als de hond dit een paar keer goed achter elkaar doet, is het tijd om een commando te geven aan de oefening. Ook deze manier van aanleren is vooral gericht op de methode met twee voorpoten, de minder snelle methode dus. De hond zal niet op topsnelheid door de paaltjes gaan. De kans dat de hond fouten maakt tijdens de oefening is echter ook veel kleiner.

Methode 3 - Paaltjes schuin

Bij de derde methode zet je de paaltjes in een brede V-vorm achter elkaar met een onderlinge afstand van ongeveer 60 centimeter. Je laat de hond tussen de V-vorm doorlopen . Herhaal dit een aantal keer. Het verstandigste is om nu al te beginnen met het commando ‘paaltjes’, omdat de hond bij deze methode meteen goed in leert steken in de slalom en daarom later minder correctie nodig heeft. Als je ervoor kiest om op dit punt al een commando aan de oefening te geven, is het van belang dat je de oefening zeer langzaam opbouwt, je mag echt niet te snel gaan. Nu is het tijd om de V-vorm langzaam steeds rechter te maken. Dit doe je in het begin door de achterste paar paaltjes iets rechter in de grond te steken. Aan het begin van de oefening staat dan nog de brede V-vorm, maar die wordt naar het eind toe steeds smaller. De hond zal het op deze manier makkelijker vinden om het patroon (de slalom) te blijven volgen. Je zet de paaltjes geleidelijk aan steeds rechter, totdat de hond foutloos door de paaltjes loopt wanneer ze helemaal rechtop staan. Als je ervoor gekozen hebt om het commando nog niet in het begin te geven, mag je het commando nu aan de oefening gaan koppelen. Bij deze methode is de nadruk gelegd op de snelheid waarmee de hond door de paaltjes gaat. De hond zal, door de schuine paaltjes, steeds maar één poot gebruiken om zich af te zetten. Daardoor kan de hond op topsnelheid door de paaltjes. 

Het commando

Uiteindelijk is het de bedoeling dat er een commando wordt gebonden aan de oefening. Het meest gebruikte commando hiervoor is ‘paaltjes’, maar een eigen suggestie is ook mogelijk. Onthoud wel dat je consequent moet zijn in het commando: gebruik je eenmaal een woord, is het niet mogelijk om dit woord nog te veranderen.

Voor alle methodes geldt: voeg pas een commando toe aan de oefening, als de hond deze foutloos uit kan voeren. Dit kan best wat tijd kosten, dus geef niet te snel een commando. Pas als de hond soepel door de paaltjes slalomt, heeft het commando nut. Wat heb je immers aan het commando als de hond telkens fouten blijft maken? Alleen bij de laatste methode ligt dit anders. Hier kan je het commando ook al geven wanneer de paaltjes nog in de V-vorm staan. Dit is zo, omdat met de laatste methode het minste fouten worden gemaakt, mits de oefening rustig wordt opgebouwd. 

Fouten herstellen

Het kan voorkomen, dat de hond tijdens het aanleren of oefenen van de slalom een paaltje overslaat, fout insteekt of het einde niet goed afmaakt. Probeer een probleem altijd op te lossen op het punt waar het ontstond. Als er bijvoorbeeld twaalf paaltjes zijn en de hond bij het tiende paaltje stopt met slalommen, kun je beter niet terug gaan naar het startpunt, want dan kan je hond het idee krijgen dat hij bij het tiende paaltje moet stoppen. Sta gewoon stil en laat de hond de laatste twee paaltjes nog een keer opnieuw nemen. Van belang is dat je altijd met een goede oefening afsluit. Wil het dus een keertje niet lukken, geef dan niet op, maar dwing de hond de oefening goed af te maken. Zo blijf jij de baas en krijg je in de toekomst geen grote problemen.

Conclusie

Wanneer je de slalom bij een hond aan wil leren, zijn er een aantal zaken waar je op moet letten. Het ritme van iedere hond is anders, sommige honden zetten zich met twee voorpoten af, andere maar met één voorpoot. Ook het insteken in de paaltjes vergt speciale aandacht, je mag namelijk maar van één kant in de paaltjes insteken, van rechts naar links. Verder is het belangrijk dat je de oefening rustig aanleert en niet meteen verwacht dat de hond het goed doet. De slalom te snel willen aanleren zorgt voor fouten in de toekomst. Er zijn drie manieren om de paaltjes aan te leren: rechtopstaande paaltjes in een lijn, paaltjes die uit elkaar staan en schuine paaltjes, waarbij de paaltjes in een V-vorm staan. Het commando wordt over het algemeen pas aan de oefening gekoppeld, als de hond de oefening een groot aantal keer foutloos achter elkaar doet. Wees nooit te snel met het commando! Mocht de hond een fout maken in de slalom, is het belangrijk dat je de fout vanaf het punt waar deze gemaakt is, herstelt. Zo voorkom je dat de fout een gewoonte wordt. Veel succes met aanleren van de paaltjes!