Reclametips: Gezondheid beloven mag niet zo maar

Gezondheid en reclame

reclame en gezondheidWe kennen het allemaal van de reclameboodschappen: goed voor dit, voorkomt dat, van cupmaat D naar cupmaat B, vermindert cholesterol, uw reumaprobleem opgelost enz... Wat mag in reclame en wie bepaalt dat? Gelukkig komt er meer controle en wetgeving op reclame-uitingen. Dit ter bescherming van de consument! Maar dan moet die consument wel kritisch blijven en niet zo maar alles geloven en kopen! 

 

Rol van de EFSA bij reclame voor gezondheid

De Europese voedingsautoriteit EFSA) in het Italiaanse Parma probeert een halte toe te roepen aan hetgeen de reclame al of niet, terecht of onterecht, belooft en al of niet waarmaakt.

Nieuwe wetgeving: hoera!

  •  In het kader van nieuwe wetgeving dienen voedingsbedrijven aanvragen in te dienen om zogenaamde gezondheidsclaims goedgekeurd te krijgen. Zonder goedkeuring mogen ze niet worden gebruikt. Het gevolg is dat honderden verzoeken zijn ingediend voor claims als ‘voor betere hersenen’, ‘voor ontstopte bloedvaten’, ‘voor een soepele stoelgang’, voor bacterieyoghurtjes, melkdrankjes, margarines en dergelijke. We kennen ze allemaal uit de dagelijkse praktijk.
  • De EFSA blijkt heel strak in de voedingsleer te zijn. Zij heeft nog maar enkele aanvragen gehonoreerd en er wachten nog een kleine 200 aanvragen op een jury-oordeel. De grote voedingsbedrijven verwachten dat deze toets ervoor zal zorgen dat het kaf van het koren wordt gescheiden, met andere woorden dat mogelijk de claim van “Tot twee cupmaten groter binnen één maand” voor het artikel BREASTGRO® verboden wordt. Zelf doen zij immers vele dure wetenschappelijke studies om beweringen onderbouwd te krijgen, terwijl het dan niet verantwoord is dat de concurrentie weg komt met flinterdunne onderzoeken.

Situatie tot heden

  • Het Voedingscentrum (Nederland) is een officieel voorlichtingsbureau van de overheid, dat een vrijwillige gedragscode hanteerde voor functionele voedingsproducten. Deze code was zeer mild en is inmiddels in de ijskast gezet nu er Europese claimwetgeving komt.
  • In ieder geval garandeert een positief advies volgens de oude Code zeker geen Europees succes!

Een praktijkvoorbeeld: Danone

In 2004 kreeg Danone een Nederlandse gedragscode voor de claim “bewezen effectief bij een trage stoelgang” voor de bacterieyoghurt ACTIVA. Twee maanden geleden, nadat Danone bij de EFSA eveneens deze claim had ingediend, trok Danone stiekem deze claim in. Zij zag de bui al hangen en wilde een afwijzing voorkomen. Dat genereert immers alleen maar negatieve publiciteit en bovendien mag een geweigerde claim niet meer worden gebruikt op de reclame en op de verpakking.

Een ander voorbeeld: Becel pro-actief

Daarvoor mag de claim worden gevoerd dat dit product de kans op hart- en vaatziekten kan reduceren. Unilever (producent van BECEL PRO-ACTIEF) wilde liever zien dat het product “de kans op hart- en vaatziekte reduceert” maar dat vond de EFSA wat te absoluut.

Nadeel van deze claimwetgeving

is dat kleinere wél bonafide bedrijven vaak niet de middelen hebben om dit soort dure onderzoeken te laten uitvoeren.